Een jaar geleden bleef mijn wereld even stilstaan. In volle voorbereiding voor het eerste verjaardagsfeestje van mijn kleine Prins Robbe moest ik naar Spoed. Een rollercoaster van emoties volgde de dagen nadien: miskraam, verjaardagsfeestje Robbe, huwelijksaanzoek, toch geen miskraam, buitenbaarmoederlijke zwangerschap, operatie,… leegte.
Ondertussen zijn we een jaar verder en probeerde ik heel het gebeuren een plaatsje te geven. Heel wat mijmeringen gingen vandaag door mijn hoofd:
- hoe zou je er uit zien,
- hoe zou ons leven er vandaag uitgezien hebben met ons viertjes,
- waarom zat je op de verkeerde plek,
- waarom kunnen we dit niet voorkomen,
- zal ik op een dag terug zwanger zijn,
- blijft die leegte altijd achter,
- …
Vragen waarvan ik weet dat ik er nooit een antwoord op zal krijgen.
Regelmatig krijg ik de vraag: is het nog geen tijd voor een 2de? En telkens gaat die vraag als een mes door mijn hart. Het 2de is er geweest… we gaan nu eigenlijk voor nummertje 3, alleen wilt Moeder Natuur nog niet meewerken. Ik heb het gevoel dat ik faal. Ik heb het gevoel dat mijn lichaam mij in de steek laat. Ik heb het gevoel dat dit mijn fout is. Misschien om dat ik schrik heb om dit opnieuw mee te maken? Misschien omdat ik nooit nog een zorgeloze zwangerschap zal kennen? Misschien omdat ik er psychologisch nog niet klaar voor ben? Ik betrap mezelf erop dat ik het soms moeilijk heb wanneer er nog maar eens een zwangerschapsaankondiging volgt. Natuurlijk ben ik superblij voor die persoon, natuurlijk gun ik het hen van harte. Maar tegelijk strooit het ook wat zout in de wonde. Dat is sterker als mezelf. Dat heb ik nog geen plaatsje kunnen geven.
Ik weet dat ik mezelf gelukkig mag prijzen. Gezegend met een partner uit de duizend en een kleine prins die elke dag opnieuw mijn hartje met massa’s liefde vult. Ik weet dat ik een troost heb waar sommige anderen (nog) niet op kunnen terugvallen. Ik weet ook dat ik zeker niet alleen ben en dat sommigen nog een veel moeilijkere strijd voeren of al veel meer sterretjes hebben verloren. En ik wil dan ook zeker verduidelijken dat ik gelukkig ben met wat ik heb… Maar dat neemt niet weg dat het verdriet om wat ik mis blijft.
Vandaag besefte ik, weer maar eens, al te goed dat ik mijn buitenbaarmoederlijke nog geen plekje heb kunnen geven en misschien nooit een plekje zal geven. Om de simpele reden dat ik het geen plekje wil geven. Ik wil aan jou, mijn klein sterretje, denken. Ik wil aan jou denken als het kleinkind voor mijn papa daar hoog in de wolken. Ik wil geloven dat hij met jou de fijne dingen doet die elke opa met zijn kleinkind wil doen. Ik wil geloven dat jullie daar hoog in de wolken over ons waken. Ik wil hopen dat we ooit op een dag allemaal samen zijn. Ik wil geloven dat dit niet voor niets is geweest.
Voor mijn kleine ster https://www.youtube.com/watch?v=OW6FYgHpcUo
Je kleine voetjes
hebben nooit het gras gevoeld
en je kleine neusje
heeft nooit een mooie lentedag
mogen ruiken.
Je haartjes
hebben nooit gewapperd in de wind
en je oortjes
hebben nooit een noot
muziek gehoord.
Je handjes
hebben nooit kunnen spelen
en je beentjes
hebben nog nooit op deze
wereld kunnen staan.
Maar ik hoop
dat je wel liefde hebt gekend
en dat je hebt gevoeld
dat je pappa en mamma
eeuwig van je zullen houden.